Hoe weet een doorgaans langgerekte plantencel in welke richting hij moet groeien? Om deze keuze te maken en vast te houden moet de cel zijn eigen geometrie verkennen en vervolgens vastleggen. Plantencellen maken hiervoor gebruik van een fascinerend niet-evenwichts-zelforganisatieproces van hun microtubuli, de buisvormige 'werkpaarden' van het cytoskelet, het interne netwerk van lange eiwitcomplexen dat dienst doet als dynamisch 'geraamte' van de cel. Een model van dit proces laat zien dat de waargenomen vorming van een sterk opgelijnde structuur van de aan het celmembraan klevende microtubuli te begrijpen is als een moleculair selectieproces, dat we 'overleven van de gelijkgerichten' hebben genoemd.